Vele advocaten adviseren cliënten als advocaat in dienstbetrekking of als directeur-grootaandeelhouder van een BV. De werkzaamheden worden dan dikwijls door een ander uitgevoerd dan de contractuele wederpartij (de NV, de BV, maatschap of coöperatie). Geldt voor deze gevallen de verhoogde aansprakelijkheidsdrempel, die wij kennen uit de bestuurdersaansprakelijkheid? Lees verder Daarvan is immers onder meer sprake, indien de bestuurder persoonlijk een ernstig verwijt van zijn handelwijze kan worden gemaakt (vgl. Hoge Raad, 5 september 2014, ECLI:NL:HR:2014:2628 en ECLI:NL:HR:2014:2627, NJ 2015/21 en 22).
Volgens het Gerechtshof ’s-Hertogenbosch (ECLI:NL:GHSHE:2014:811) gold die verhoogde aansprakelijkheidsdrempel ook voor aansprakelijkheid van de advocaat in dienstbetrekking of van de advocaat, die feitelijk aan de maatschap deelneemt door tussenkomst van een praktijkvennootschap. Hiertegen werd met succes in cassatie aangevoerd dat het Gerechtshof aldus heeft miskend dat een advocaat die een beroepsfout maakt, onrechtmatig handelt jegens zijn cliënt, ongeacht of hij contractueel als opdrachtnemer heeft te gelden. De maatstaf van de bestuurdersaansprakelijkheid geldt niet voor aansprakelijkheid uit onrechtmatige daad van een advocaat die een beroepsfout maakt. Indien een advocaat door zijn cliënt wegens een beroepsfout uit onrechtmatige daad wordt aangesproken, betreft dit dus zijn aansprakelijkheid als beroepsbeoefenaar en niet zijn aansprakelijkheid als bestuurder van een vennootschap of als advocaat in dienstbetrekking, aldus de Hoge Raad in zijn arrest van 18 september 2015 (ECLI:NL:HR:2015:2745).
Direct naar de uitspraak doorklikken.